De voordelen van een auteursrechtelijke vergoeding

Auteursrechten zijn al lang niet meer beperkt tot schrijvers of kunstenaars. Steeds meer softwareontwikkelaars, marketeers, freelance journalisten en architecten ontvangen een vergoeding voor hun werk. Dit heeft fiscale voordelen, maar er zijn ook grenzen.

In 2008 werd het fiscale regime voor auteursrechten geïntroduceerd voor schrijvers en kunstenaars. Sindsdien is het populair geworden in de bedrijfswereld. Het bedrag dat Belgen bij de belastingdienst aangeven als auteursrechten is de afgelopen jaren sterk gestegen.

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) heeft de intentie om het toepassingsgebied opnieuw te definiëren, om te voorkomen dat auteursrechten worden gebruikt om loonpakketten te optimaliseren.

Wat zijn auteursrechten?

De creatieve werken van auteurs zijn beschermd tegen bijvoorbeeld ongeoorloofd kopiëren en namaken. Meestal denkt men hierbij aan muziekstukken, beeldende kunst en literatuur. Maar de wettelijke definitie is veel ruimer: een werk geniet auteursrechtelijke bescherming zodra er sprake is van ‘originaliteit’. Daardoor kan bijvoorbeeld ook software of een marketingcampagne beschermd zijn.

Als een auteur een werk met auteursrechtelijke bescherming creëert, zal hij de rechten daarop vaak overdragen. Zo kan een schrijver de publicatierechten op een boek aan een uitgeverij verkopen. Evenzo kan een werknemer de rechten op een softwareapplicatie aan zijn werkgever overdragen. Hiervoor ontvangt de auteur een vergoeding voor de auteursrechten.

Waarom zijn auteursrechten fiscaal interessant?

Inkomsten uit auteursrechten worden door de belastingdienst beschouwd als een roerend inkomen, op deze moet 15% roerende voorheffing (exclusief gemeentebelastingen) betaald worden.

7,5 Procent

Dankzij het kostenforfait betaalt iemand die niet meer dan € 16.680 aan auteursrechten ontvangt slechts 7,5% belasting op deze inkomsten.

Niet het volledige bedrag van de ontvangen auteursrechten wordt belast. Van de inkomsten mogen de werkelijke kosten en ook de forfaitaire kosten worden afgetrokken. Tot € 16.680 euro mag een forfait van 50% worden afgetrokken en van € 16.680 tot € 33.360 is dat 25%. Boven € 33.360 kunnen er geen forfaitaire beroepskosten meer worden afgetrokken.

Dankzij het kostenforfait betaalt iemand die niet meer dan € 16.680 aan auteursrechten ontvangt slechts 7,5% belasting op deze inkomsten. Voor iemand die tot € 33.360 ontvangt, is dat maximaal 11,25% belasting (op het deel boven € 16.680). Daar komen nog lokale belastingen bovenop. Het fiscale regime geldt voor zowel werknemers als zelfstandigen en bedrijfsleiders.

Bouw ik met auteursrechten een pensioen op?

Dit verschilt per beroepscategorie. Voor werknemers betaalt de werkgever bijdragen voor de sociale zekerheid. Daardoor worden er bijvoorbeeld ook pensioenrechten opgebouwd met auteursrechten en wordt hier rekening mee gehouden bij de berekening van bijvoorbeeld ziekte-uitkeringen.

Doorgaans is dit niet het geval voor zelfstandigen en bedrijfsleiders. Voor deze beroepscategorieën hoeven er in de meeste gevallen geen sociale bijdragen te worden betaald op hun inkomen uit de overdracht van auteursrechten.

Welk deel van het inkomen kan onder het regime van de auteursrechten vallen?

De belastingdienst accepteert doorgaans niet dat het volledige inkomen uit een overdracht van auteursrechten bestaat. Dit blijkt uit de beslissingen van de rulingcommissie, de dienst voorafgaande beslissingen van de belastingdienst. Voor werknemers mag doorgaans maximaal 22,5% van de brutovergoeding worden uitbetaald als een vergoeding voor auteursrechten. Een bestaand loonpakket kan dus worden opgesplitst in minstens 77,5% gewone bezoldiging en maximaal 22,5% vergoeding voor de overdracht van auteursrechten. Het exacte percentage aan auteursrechten wordt bepaald aan de hand van factoren zoals de functie en het takenpakket.

De belastingdienst accepteert in principe niet dat het volledige inkomen uit een overdracht van auteursrechten bestaat.

Als zelfstandige of bedrijfsleider zijn er twee methodes om het inkomen uit auteursrechten te bepalen. De eerste methode is de omzetmethode. Hierbij kan een deel van de omzet van de vennootschap aan de zaakvoerder(s) in de vorm van auteursrechten worden betaald. Deze methode is echter aan verschillende voorwaarden verbonden. De tweede methode is de financiële-enveloppemethode. Hierbij wordt de huidige verloning (inclusief voordelen van alle aard) als basis gebruikt en wordt het bedrag aan auteursrechten bepaald op basis van de creatieve tijdsbesteding. Voor beide methodes wordt in rulings het effectieve bedrag of percentage bepaald op basis van de specifieke feiten en omstandigheden. Hoewel de wet een ruim toepassingsgebied toestaat, blijkt uit de rulings dat bepaalde sectoren meer gebruik maken van de regeling. Hieronder volgen de belangrijkste tendensen:

IT-sector

De ontwikkeling van softwareprogramma’s valt onder het toepassingsgebied van de fiscale wet. Dit omvat zowel IT-consultancy waarbij specifieke software op maat van een klant wordt gecreëerd, als softwareontwikkeling voor softwareapplicaties, -platformen, enz. Niet alle IT-toepassingen worden echter als een creatief werk beschouwd. Zo werd een Excel-applicatie voor de kostenafrekening van transacties, ontwikkeld door een notaris, niet aanvaard als een auteursrechtelijk beschermd werk, zelfs niet na argumentatie dat het programma door andere notarissen wordt gebruikt.

Architectuur

De toepassing van het auteursrechtenregime voor architecten kende een moeilijke start. Aanvankelijk stelde de rulingcommissie dat hoewel een bouwwerk in principe de bescherming van de auteurswet kan genieten, architecten doorgaans moeilijk de originaliteit van het bouwwerk kunnen aantonen. Die zienswijze werd echter later herzien en ondertussen wordt de toepassing van het auteursrechtenregime voor architecten wel aanvaard.

Reclamesector

Het regime van de auteursrechten is wijdverspreid in de reclamesector, onder meer bij marketing- en communicatiebureaus. Denk aan het creëren van content voor marketingcampagnes of grafisch design. Daarentegen voldoet het opstellen van projectfiches met tekst en foto’s van gerealiseerde vastgoedprojecten niet aan de eisen. De rulingcommissie oordeelt dat dit normale publiciteit is waarbij een verslag wordt gegeven van het verleden. Om dezelfde reden werd ook het uitschrijven van specifieke handleidingen over het bedrijfsproces van een klant afgewezen. De gedetailleerde uitschrijving is volgens de rulingcommissie louter een weergave van de werkelijkheid, waarbij geen originaliteit of creativiteit aan te pas komt.

Journalistiek

Jarenlang was er discussie tussen de fiscus en zelfstandige journalisten en hun beroepsorganisaties. Maar intussen wordt aanvaard dat persartikels en -foto’s auteursrechtelijk beschermd zijn en dat de auteurs hiervoor in grote mate kunnen worden vergoed in de vorm van auteursrechten.

De juiste codes

Bij de uitbetaling van auteursrechten wordt doorgaans roerende voorheffing ingehouden. Maar zelfs als die correct werd ingehouden, moet u de auteursrechten altijd verplicht opnemen in uw belastingaangifte. Dat doet u in vak VII onder de titel ‘D. Inkomsten uit de cessie en concessie van auteursrechten, naburige rechten en wettelijke en verplichte licenties.’ Bij de code 1117/2117 vult u het ontvangen brutobedrag in, bij de code 1118/2118 de werkelijke of forfaitaire kosten en bij de code 1119/2119 de ingehouden roerende voorheffing. Die bedragen vindt u niet terug op de klassieke 281.10-fiche voor lonen, wel op de fiche 281.45 die de betaler van de auteursrechten u bezorgt.

Bron: De Tijd – Petra De Rouck