De zomervakantie staat voor de deur. Heel wat ondernemingen doen in deze periode een beroep op studenten. Ze zijn flexibel én meestal ook een goedkope optie voor werkgevers. Niet iedereen kan echter zomaar als jobstudent aan de slag.
Ingeschreven in een onderwijsinstelling
Hoewel de wet het begrip ‘student’ niet definieert, moet het om personen gaan die ingeschreven zijn in een onderwijsinstelling en in hoofdstatuut student zijn. Een student die afgestudeerd is, kan dus geen studentenarbeid meer verrichten.
De RSZ aanvaardt hierop één uitzondering: die studenten die in juni afstuderen. Zij mogen in de zomervakantie na het afstuderen nog studentenarbeid verrichten. De studententewerkstelling mag in dit geval wel geen opstapje zijn naar een vaste aanwerving. Vanaf de maand oktober na het afstuderen is een tewerkstelling als student niet meer mogelijk.
Minimumleeftijd
Kinderarbeid is bij wet verboden. Een student mag dan ook pas werken vanaf de leeftijd van 16 jaar of vanaf 15 jaar wanneer de student de eerste 2 jaren van het secundair onderwijs gevolgd heeft.
Onderwijs met beperkt leerplan
Volgens de wet is studentenarbeid uitgesloten voor een aantal specifieke categorieën van studenten:
- Studenten die minstens 12 maanden onafgebroken voor dezelfde werkgever werken.
- Studenten die in het kader van hun studieprogramma een onbezoldigde stage verrichten.
- Studenten die avondschool of onderwijs met beperkt leerplan volgen.
Studenten die in het kader van een beperkt leerplan enkel deeltijds onderwijs of een deeltijdse vorming volgen, mogen in de schoolvakanties wel studentenarbeid verrichten.
Ook studenten die alternerend leren en werken, mogen onder bepaalde voorwaarden studentenarbeid verrichten:
- De studentenarbeid gebeurt in periodes waarop de student geen onderwijs of opleiding moet volgen en ook niet aanwezig hoeft te zijn op de werkplek.
- De studententewerkstelling vindt plaats bij een andere werkgever dan deze waar de praktische opleiding op de werkplek gevolgd wordt. Dit hoeft voortaan niet meer in juli en augustus zodat de student in deze maanden wel een studentenjob mag doen bij zijn stagegever.
- Het alternerend leren en werken bestaat uit een theoretisch luik gevolgd in een onderwijsinstelling of opleidingscentrum dat ingericht, gesubsidieerd of erkend is door de bevoegde overheid én uit een praktische opleiding op de werkplek.
- De student ontvangt geen werkloosheidsuitkering of inschakelingsuitkering.
Voordeel voor 475 uren
Een student geniet gedurende 475 uren van een goedkoop RSZ-tarief voor zover de Dimona-aangifte voor deze studenten (‘Dimona STU’) tijdig gebeurt