Bepaalde kosten kunnen volledig als beroepskosten worden afgetrokken voor de belastbare periode waarbinnen ze vooraf werden betaald, ook al hebben ze volledig of gedeeltelijk betrekking op één of meerdere opeenvolgende belastbare periodes, bijvoorbeeld de verkeersbelasting die in december wordt betaald voor het volgende jaar, vooraf betaalde huur of rente enzovoort.
Die vroegere betalingen maken het uiteraard mogelijk om de belastbare winst aan het einde van een periode te beperken en bijvoorbeeld onder het bedrag te houden waaronder het verlaagde tarief wordt toegepast, of om winst over te dragen naar de volgende belastbare periode, waarbinnen bepaalde aftrekken kunnen worden uitgevoerd.
Om die praktijken tegen te gaan, nam de regering in de Wet tot hervorming van de vennootschapsbelasting (BS 29 december 2017, p. 116.422) op dat de effectief tijdens een periode betaalde kosten die geheel of gedeeltelijk op een toekomstige belastbare periode betrekking hebben, slechts als beroepskosten aftrekbaar zijn voor de belastbare periode tijdens welke ze werden betaald voor het deel ervan dat betrekking heeft op die belastbare periode